13 september 2023

Bij het overlijden van Theo Vaes (1954-2023)

Tot grote schrik van iedereen ontvingen we het bericht dat Theo Vaes dinsdagavond volkomen onverwacht is overleden. Theo was fractielid en wethouder voor de PvdA, van 2006 tot 2013.

In zijn periode als wethouder schreef hij op onze website met veel plezier (“Ik ben soms lang van fijnstof”) columns over zijn werk en over zaken die hem bezighielden. We willen de herinnering aan hem levend houden door hier een column uit 2008 opnieuw te plaatsen. Het is Theo ten voeten uit. Aan het einde heeft hij het over punt-komma’s waaraan hij verslaafd is. Juist omdat ze zijn schrijfstijl zo kenmerken, hebben we ze hier laten staan.

We wensen op deze plaats Marion en de kinderen de kracht toe het grote verlies te dragen. Het moest niet mogen.

Lentekriebels

8 maart 2008 – Ik sloot mijn vorig stukje af met wat overpeinzingen naar aanleiding van ‘An inconvenient truth’ en inderdaad, de opwarming van de aarde lijkt ook bij ons te leiden tot zachtere winters en vroege lentes.
Ik houd er wel van als alles opnieuw begint te leven. En… in Etten-Leur is meer dan genoeg leven in de Brouwerij, zelfs nu Café de Brouwer als zodanig is gesloten.

Genoeg te doen dus. Cultureel, politiek. Boeiende projecten op stapel: Knooppunten of knoopputten; Turfschippen of Titanics; Trivium… ga zo maar door.

Op 24 februari bezocht ik met mijn oudste dochter Marlous in de Lambertuskerk de voorstelling ‘De Odyssee’. Een eerste voorstelling in een nieuwe reeks van ZIEL (Zin in Etten-Leur); prachtig gespeeld door Rick Schreuder. Bijzondere plek zo in de kerk – we hebben als ik het zo bekijk steeds meer prima podia in de stad – en veel ruimte voor de impact van alle verhalen in de grote raamvertelling; over reizen en thuiskomen; over vrij zijn of afhankelijkheid. Dat werd mij tenminste duidelijk in de nazit en napraat met elkaar, de acteur en de organisatie.

Dat leverde mij weer energie op en zin; lentekriebels kun je het ook noemen. Hierboven noemde ik een aantal onderwerpen waarmee we in onze gemeente bezig zijn en die in de nabije toekomst zichtbaar zullen worden. Ook in mijn portefeuille zit een stevig dossier dat weliswaar niet onmiddellijk zichtbaar is; in ieder geval wel direct voelbaar.
Onlangs werd in de commissie Maatschappelijke Zorg (MZ) de beleidsnota Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) behandeld, met de vraag om die in de komende raadsvergadering vast te stellen. Er is hard aan gewerkt; er is veel inspraak op gevolgd; er zijn complimenten uitgedeeld en we hebben geconstateerd dat er nog veel werk moet worden verricht.

Ik heb de commissie – voordat ik de vele vragen (toch nog vaak technisch en detaillistisch van aard) beantwoordde – verteld dat ik niet in een nieuw scheppingsverhaal zoveel jaar na dato geloofde; althans niet in een vanzelfsprekendheid in het ontstaan van dingen. Vooral bij de WMO moet het samen: samen meedoen als zorgvrager; samen meedoen als aanbieder; samen meedoen als beleidsmakers, organisaties en politici.

Het was een waardevolle MZ-vergadering. Er waren prima introducties en principiële stellingnames. Ook veel vragen. Voor mij betekende dat een nogal lang betoog in de beantwoording. Gelukkig krijg ik vanuit de fractie goede feedback met betrekking tot vorm en inhoud én de lengte van mijn speeches en antwoorden. Een paar andere raadsleden (van de oppositie) maakten het wat bonter. “Je gaat steeds meer op Fidel Castro lijken”, kreeg ik fijntjes ingewreven. Toen kon ik niet nalaten om hen tenminste te wijzen op drie verschillen die mij spontaan te binnen schoten. Ten eerste rookt Fidel sigaren; ik rook niet. Ten tweede is Fidel afgetreden en dat ben ik voorlopig nog niet van plan. En ten derde begint Fidel meestal uit zichzelf zo lang te praten en ik reageerde slechts op de gestelde vragen. Daarmee impliciet aangevend dat ook de commissieleden zelf invloed op mijn antwoord kunnen hebben. Inderdaad – door de goede vragen op het juiste moment én de juiste plaats te stellen.

Donderdagmiddag ontmoette ik Ahmed Aboutaleb in Bergen op Zoom. Vanuit het rpA (regionaal platform Arbeidsmarktzaken), waarbij ik vanuit mijn functie in het DB zit, was een conferentie georganiseerd met sprekers vanuit onderwijs, ondernemers en overheid: ‘West Brabant werkt door’. Debatjes, inleidingen, convenanten, je kent het wel. Maar met een prima resultaat en een paar stevige statements van Ahmed over de opdrachten inzake de allochtonenproblematiek, voor zowel de allochtonen als de autochtonen.

Ahmed is een bevlogen man; een van onze betere politici; een van ons en een begenadigd spreker. Frappant was dat hij ons in de marge van de officiële ontmoeting vertelde dat hij die ochtend was uitgemaakt voor Ahmed Castro. We hebben samen maar geconstateerd dat we écht niet lang van stof zijn; we hebben gewoon véél te vertellen.

In dezelfde commissie MZ waarover ik het hierboven had, kreeg ik gelukkig ook nog een stukje podium om de problematiek rondom de noodschool aan de Landmanweg toe te lichten. Inderdaad, als Murphy medewetgever wordt van beleid dat we willen en moeten maken, kun je niet anders dan je vaarroute iets verleggen; krijg je te maken met Sirenen, Cyclopen en één-ogen; maar dan weet je voorál, dat je juist dan als partners samen moet optrekken. Af moet koersen op je doel. Je kan zelfs met een Turfschip naar Ithaka als je maar wil!
Het zal duidelijk zijn dat ik van sommige delen van de bemanning meer inzet had verwacht. De VVD maakte het zelfs zo bont om te vragen of de wethouder, de gemeente dus, de asbestproblematiek op het voormalige terrein Krijnen niet als dekmantel gebruikt om grotere problemen te verdoezelen. Nee dus. Natuurlijk niet.

Tussendoor heb ik gelukkig een paar keer kunnen wandelen (favoriete hobby) in de Drunense duinen. Scherpe waarnemers weten dat in mijn werkkamer permanent wandelschoenen klaar staan. Goed voor reflectie; goed voor goed gezelschap; goed voor mooie gesprekken; én goed voor bewustwording van de natuur die we hebben en die we moeten houden. Ik loop net zo graag en gemakkelijk naar de Rucphense heide. Kom ook heel graag weer terug in Etten–Leur. Daar ligt mijn werk, daar ligt mijn hart en daar beginnen mijn lentekriebels.

NB
Óf het stukje hierboven barst van de punt-komma’s (ben ik ook verslaafd aan) óf webmaster Clara heeft de tekst zoals gebruikelijk weer prima geredigeerd en bewerkt.