III LEVEN



III.1 Zorg voor mensen
III.2 Jongeren
III.3 Ouderen
III.4 Onderwijs
III.5 Kunst, cultuur en erfgoed
III.6 Participatie



III.1 ZORG VOOR MENSEN

Goede en betaalbare zorg moet voor iedereen beschikbaar en toegankelijk zijn, waar je ook woont. De gemeente is medeverantwoordelijk voor het organiseren ervan. Meer zeggenschap voor de gemeente over de kleinschalige zorg is daarom hard nodig. Alleen dan lukt het de professionele zorgaanbieders (thuiszorg, verpleeghuis, ziekenhuis, enzovoorts) beter te laten samenwerken en mensen zorg op maat te blijven bieden.

De verschuiving van intramurale naar extramurale zorg die het Rijk voorstaat, dus van zorginstellingen naar zelfstandig wonen, vraagt nieuwe aanpassingen en dus investeringen. Zeker in Etten-Leur, waar de vergrijzing extra toeneemt en ook het beroep op hulp en ondersteuning groter wordt. De PvdA wil daarbij de menselijke maat terug in de zorg. Bijvoorbeeld door inzet van wijkverpleegkundigen en door kleinere zorgteams (Wijkteams).

Het beroep dat de overheid doet op eigen verantwoordelijkheid en zelfredzaamheid van bijvoorbeeld ouderen en mensen met een beperking is toegenomen. Met een persoonsgebonden budget kan ieder zelf bepalen waar zorg ingekocht moet worden. Hoewel de gedachte erachter goed is, kan het voor de zorgvrager administratieve en procedurele rompslomp betekenen en staat soms de kwaliteit van de zorg onder druk. Juist die goede kwaliteit, betaalbaarheid en doelmatigheid van de zorg vinden wij het belangrijkst.

Op het moment dat we dit verkiezingsprogramma schrijven zijn door Den Haag nog niet alle specifieke aspecten bekendgemaakt wat betreft de decentralisaties Arbeidsparticipatie, AWBZ – WMO en die van de Jeugdtransitie. Uitgangspunt van de overheid is dat de verantwoordelijkheid voor de uitvoe-ring van deze drie wetten op 1 januari 2015 bij de gemeente komt te liggen.

De Visies op de overdracht van de Jeugdzorg en de taken van de AWBZ (ondersteuning en begeleiding) zijn wel vastgesteld. De komende jaren worden deze visies vertaald in beleidsnota’s. De PvdA onderschrijft deze visies. We vinden het belangrijk dat bij de uitwerking zoveel mogelijk verbindingen worden gelegd tussen de drie grote uitvoeringswetten. Juist dan kan ons doel – één gezin, één plan, één regisseur – gehaald worden.

Etten-Leur werkt daarbij met regiogemeenten samen om de uitvoering van deze wetten voor de betrokkenen zo soepel en doeltreffend mogelijk van het Rijk over te nemen.
De toegang tot de zorg willen we zo organiseren dat deze goed met onze bestaande loketten – Wijkteams, ELZ (WMO-loket), Centra voor Jeugd en Gezin, Werkplein – wordt afgestemd en dat er wordt samengewerkt. We stimuleren de eigen mogelijkheden van mensen, maar zorgen voor een goed vangnet voor hen die niet op eigen kracht hun problemen kunnen oplossen. We moeten daarbij accepteren dat de nieuwe uitvoeringstaken gepaard gaan met forse kortingen op de budgetten en willen de taken binnen de beschikbare budgetten uitvoeren, hoe moeilijk dat ook zal zijn.

Maar de PvdA is ook realistisch. Als de vraag naar hulp en zorg groter is dan de budgetten die beschikbaar zijn, moeten we deze hulp en zorg leveren. Als we moeten kiezen tussen stenen of mensen, dan kiezen we voor onze burgers.

Dit betekent voor de komende raadsperiode:

  1. De gemeente heeft een belangrijke taak op het terrein van de openbare gezondheidszorg. De PvdA wil dat de gemeente meer invloed krijgt, ook als tegenwicht tegen de grootschaligheid van de markt. De gemeente speelt dan een stevige rol in het bewaken van de onderlinge afstemming tussen zorgaanbieders. Zorg moet overal en voor iedereen – dus zowel voor zorgvragers als zorgverleners – goed georganiseerd zijn.
  2. De gemeente kiest bij aanbestedingen voor aanbieders die de beste prijs/kwaliteitverhouding van zorg leveren en voor zorg die zo dicht mogelijk bij mensen georganiseerd is, binnen de verruimde kaders van het gemeentelijk aanbestedingsbeleid. Bij het aanbesteden willen we dat ook goed naar arbeidsomstandigheden wordt gekeken.
  3. Niet alleen degene die hulp nodig heeft, ook de mantelzorger heeft een hulpvraag. De PvdA beseft dat informele zorg, mantelzorg en vrijwilligerswerk steeds belangrijker worden en zet zich in voor een betere ondersteuning. Door de informele zorgers bijvoorbeeld beter te informeren over de ondersteuningsmogelijkheden, bijeenkomsten met lotgenoten te organiseren, hen praktisch bij te staan en te ontlasten indien nodig.
  4. Er is meer aandacht en steun nodig voor specifieke doelgroepen zoals jonge mantelzorgers, ouders van gehandicapte of chronisch zieke kinderen, werkende mantelzorgers en allochtone mantelzorgers.
  5. De gemeente benut alle mogelijkheden van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) zodat ouderen, zieken en gehandicapten die dat willen zo actief mogelijk aan de samenleving kunnen deelnemen. De WMO is er ook op gericht hen zo lang mogelijk zelfstandig en zelf-redzaam te laten zijn, als zij dat willen. De gemeente zet zich in voor geschikte woonvormen, het vinden en behouden van werk, voor onderwijs en vrijetijdsbesteding (Etten-Leur WMO-proof).
  6. De gezondheid van onze burgers is zo belangrijk, dat de PvdA initiatieven die de deelname aan sporten bevorderen, zal steunen.
  7. Met name het probleem van overgewicht bij jong en oud vraagt om een actieve aanpak. De PvdA wil dat samen met de GGD, de provinciale sportkoepel, scholen en maatschappelijke organisaties projecten worden ontwikkeld om overgewicht en de ongewenste gevolgen daarvan tegen te gaan.
  8. De PvdA staat voor het verder inrichten van, en breder invoeren van de sociale wijkteams. Dus optimale samenwerking van woon-, welzijns- en zorgprofessionals, politie en gemeente.
  9. De opgaven uit de WMO-nota’s ‘Op eigen kracht’; ‘Wijkgericht werken’ worden verder uitgewerkt.
  10. De PvdA laat het niet gebeuren dat door de landelijke opdrachten om te komen tot bezui-nigingen er mensen tussen wal en schip terechtkomen. Diegenen die geen gebruik kunnen maken van hun eigen netwerk als het gaat om hulp of steun, kunnen onvoorwaardelijk rekenen op de lokale overheid.


terug naar boven

III.2 – JONGEREN

Jongeren moeten zorgeloos kunnen opgroeien. De meeste jongeren hebben het naar hun zin, zo blijkt telkens uit onderzoek. Gelukkig maar. Het heersende beeld dat ‘jongeren’ gelijkstaan aan ‘overlast’ wordt door de PvdA niet gedeeld. Jongeren moeten de ruimte krijgen zich te ontplooien. Het is voor hun hele verdere leven en ook voor de maatschappij van groot belang dat kinderen een stabiele basis hebben en liefdevol worden opgevoed.

Toch zijn er ook jongeren die, soms al op erg jonge leeftijd, in de knel komen. Bijvoorbeeld omdat er thuis ruzie is, ze in een onveilige situatie zijn of omdat er een combinatie is van armoede met andere problematiek. Verwaarlozing en kindermishandeling komen vaker voor dan men denkt. Er is een breed scala aan jeugdhulpverlening beschikbaar, maar de samenwerking tussen alle betrokken instanties verloopt nog steeds niet optimaal. De gemeente heeft een belangrijke rol bij de jeugd-hulpverlening en is verantwoordelijk voor een goede organisatie en tijdige signalering. Een integrale benadering op de terreinen AWBZ, Jeugdzorg en Participatiewet, maar ook bij het passend onderwijs is dus van groot belang en vraagt een strakke regie van de gemeente. De PvdA wil daarom dat alle zaken die te maken hebben met het sociale domein, inclusief het arbeidsmarktbeleid, in één portefeuille worden ondergebracht.

Waar dat nodig is, moet de gemeente ouders ondersteunen bij hun opvoedende taken, en in het geval van echte probleemgezinnen is vrijblijvendheid voor niemand goed. Zeker niet voor de kinderen zelf. De Centra voor Jeugd en Gezin zijn laagdrempelige informatiepunten en verwijscentra, die de hulpverlening voor ouders en jongeren naar verwachting beter toegankelijk maken en sneller doen verlopen. Het verdient aanbeveling de Centra voor Jeugd en Gezin aan te laten sluiten bij de sociale wijkstructuur.

Jongerenwerkers worden vanwege hun contacten met moeilijk bereikbare jongeren nu steeds vaker ingezet op overlastbestrijding, veiligheid en hulpverlening. Ze komen daardoor nauwelijks toe aan hun eigenlijke preventieve werk: jongeren helpen zich te ontwikkelen en mee te doen in de maatschappij. Goed jongerenwerk voorkomt mede onveiligheid, criminaliteit en dure jeugdzorg.

Dit betekent voor de komende raadsperiode:

  1. De PvdA zet zich ervoor in dat de gemeente voldoende ruimte en geld blijft besteden aan voorzieningen voor de oudere jeugd, in nauw overleg met en medewerking van de jongeren zelf.
  2. De PvdA wil dat het jongerenwerk een structurele basisvoorziening in de wijken blijft. Met de daarbij behorende structurele financiering.
  3. De PvdA wil dat alle beleidsonderwerpen in het sociale domein (inclusief arbeidsmarktbeleid) die te maken hebben met jeugdzaken, samen met de onderwijsportefeuille blijvend worden onder-gebracht bij één wethouder.
  4. De PvdA wil dat in de Jeugdzorg meer de nadruk komt te liggen op positief jeugdbeleid. Jeugdbeleid waarin we uitgaan van preventie en minder inzetten op repressie. We willen ophouden met onnodige etikettering. We gaan zoveel mogelijk uit van de eigen kracht van de jongere en het gezin. De sociale omgeving wordt daar altijd bij betrokken. Het accent zal steeds liggen op positief meedoen in de samenleving.
  5. De PvdA zet bij de decentralisatie van de Jeugdzorg in op preventie, ombuigingen binnen het budget, van hulp achteraf naar voorkomen van problemen, het ontschotten van hulp, betere samenwerking, en goede afstemming van de activiteiten van Jeugdzorgaanbieders. De gemeente moet voorkomen dat de Centra voor Jeugd en Gezin uitgroeien tot bureaucratische organisaties.
  6. ‘Eén gezin, één plan, één regisseur’ is het uitgangspunt bij alle decentralisaties in het sociale domein: bij de Wet Werken naar vermogen, de Algemene wet bijzondere ziektekosten, de Wet Maatschappelijke ondersteuning en de jeugdhulpverlening. Elk probleemgezin krijgt dus een vaste gezinscoach, bijvoorbeeld via het Centrum voor Jeugd en Gezin. Kinderen van ouders die (psychisch) ziek zijn of verslaafd verdienen extra aandacht.
  7. De Centra voor Jeugd en Gezin werken ook nauw samen met de vrouwenhulpverlening, waar het gaat om geweld in gezinnen.
  8. Als de veiligheid en de gezonde ontwikkeling van het kind echt in gevaar is, moet op een zorgvuldige manier tijdig worden ingegrepen en moeten er goede voorzieningen beschikbaar zijn.
  9. Verslaving voorkomen is beter dan genezen. Daarom is de PvdA voorstander van het doorgaan met alcohol- en drugspreventieprogramma’s, zoals het geven van voorlichting op scholen door de GGD. Problematisch gebruik van softdrugs, bij met name jongeren, moet worden voorkomen. Het moet zo vroeg mogelijk herkend en in samenhang met andere problemen (bijvoorbeeld psychiatrische problematiek) behandeld worden.


terug naar boven

III.3 – OUDEREN

Senioren leven vandaag langer, in goede gezondheid. Zij willen vaak graag thuis blijven wonen, ook als ze daarbij ondersteuning nodig hebben. Dit geldt ook voor zieken en gehandicapten. Die onder-steuning zal deels professioneel zijn en deels bestaan uit mantelzorg van familie, vrienden of buren. Mantelzorgers hebben een belangrijke, maar dikwijls mentaal en fysiek zeer zware taak. Ook zij moeten een beroep op de overheid kunnen doen voor goede ondersteuning. Dit betekent in feite een dubbele zorgtaak voor de gemeente.

Dit betekent voor de komende raadsperiode:

  1. De PvdA wil dat projecten, zoals het GALM-project dat zich richt op meer bewegen door ouderen, worden voortgezet en dat sportverenigingen worden gestimuleerd activiteiten te ontwikkelen voor 55-plussers en mensen met een beperking.
  2. De PvdA wil dat het overleg van de Seniorenraad met raad en college structureel wordt en wordt opgenomen in de nieuwe nota Burgerparticipatie.
  3. De gemeente zet in het kader van de takendiscussie de subsidierelatie met ouderenorganisaties voort, zowel voor activiteiten als voor het gebruik van accommodaties.
  4. Decentrale activiteiten worden gestimuleerd en financieel ondersteund, zoals ontmoetingsmomenten, maaltijdvoorzieningen, ICT-projecten, culturele projecten, de inzet van vrijwilligers. De wijkgebouwen en de brede scholen kunnen hierbij een belangrijke rol spelen.
  5. Samenwerking van ouderenadviseurs van de professionele organisaties en die van de ouderen-bonden wordt door de PvdA aanbevolen. Samenwerking met de Formulierenteams hoort hierbij.
  6. Sociaal isolement is voor vele ouderen een groot probleem. Ons welzijnsbeleid moet meer gericht zijn op het tot stand brengen van goede contacten met en tussen mensen in de buurt.
  7. De PvdA wil doorgaan met de inrichting en organisatie van Woonservicegebieden (gebieden met een aantal basisvoorzieningen voor wonen, welzijn en zorg).


terug naar boven

III.4 – ONDERWIJS

Geen leerling op achterstand. Alle kinderen hebben recht op goed onderwijs, ongeacht het gezin waarin je opgroeit of de buurt waar je woont. De PvdA steunt het doel van passend onderwijs, namelijk om zoveel mogelijk kinderen in het gewone onderwijs tot hun recht te laten komen. Voor een beperkt aantal kinderen zal bijzonder onderwijs altijd noodzakelijk blijven.

Dit betekent voor de komende raadsperiode:

  1. De PvdA wil waar nodig extra investeren in kinderen. Te veel kinderen hebben bij aanvang van de basisschool een taalachterstand. Een volgende generatie kinderen behoort geheel zonder achter-standen op te groeien. Middelen die we hiervoor in gaan zetten zijn bijvoorbeeld: de voorschool, met aandacht voor taalontwikkeling en sociale vaardigheden, de verlengde schooldag, extra begeleiding, of een zomerschool.
  2. Ouders worden aangespoord om kinderen deel te laten nemen aan de vroeg- en voorschoolse educatie-activiteiten. Om dit blijvend mogelijk te maken wordt de samenwerking tussen kinderopvang, peuterspeelzalen, bibliotheek en het basisonderwijs verder gecontinueerd.
  3. De PvdA wil dat alle scholen gevolgd en gecheckt worden op een goede kwaliteit. Dit kan in de vorm van gesprekken met ouders, quick scans, het volgen van citoscores, eindtoetsen, door-stroomgegevens enzovoorts. Presteren scholen onder de maat, dan volgen verbetervoorstellen.
  4. Bij goed onderwijs past ouderbetrokkenheid. Ouderbetrokkenheid kent vele varianten, in de klas, in de school of bij buitenschoolse activiteiten. Leraren, leerlingen en ouders/verzorgers moeten meer zeggenschap krijgen over hun school. Samenwerking van alle betrokkenen rondom de school en het onderwijs vinden wij belangrijk, de gemeente heeft hierin een stimulerende rol.
  5. De PvdA wil dat initiatieven van ouders om scholen gemengd te laten zijn of te worden, door de gemeente worden ondersteund en gefaciliteerd.
  6. De PvdA vindt dat ouders meer betrokken moeten zijn bij het aanmelden van kinderen op scholen. We willen dat dit centraal gebeurt, met vaste leeftijden en op vaste momenten.
  7. De PvdA wil een permanent Plan van Aanpak gericht op het voorkomen en bestrijden van vroeg-tijdige schoolverlaters.
  8. De PvdA wil het speciaal basisonderwijs een plaats geven in het bredeschoolconcept.
  9. De PvdA blijft voorstander van horizontale samenwerking in het basisonderwijs met als doel één sterke onderwijsorganisatie waar een breed onderwijsaanbod wordt aangeboden.


terug naar boven

III.5 – KUNST, CULTUUR EN ERFGOED

Uit onderzoek blijkt keer op keer dat goede voorzieningen op het gebied van kunst, cultuur en erfgoed bepalend zijn voor het vestigings- en leefklimaat in een gemeente en ook dat zij vitale verbindingen leggen tussen vele facetten van het dagelijks leven, van onderwijs tot vrije tijd, van zelfontplooiing tot elkaar ontmoeten. Kunst en cultuur brengen een stad echt tot leven. De PvdA prijst zich gelukkig met een bloeiend verenigingsleven en met een Nieuwe Nobelaer waarin de verschillende kunstdisciplines steeds beter zijn geïntegreerd. Om te zorgen dat dit ook in de toekomst zo blijft, moeten niet alleen de inwoners, maar ook de gemeente daarin blijven investeren.

Dit betekent voor de komende raadsperiode:

  1. Wij spannen ons in om verdere bezuinigingen op culturele voorzieningen te vermijden. De toegankelijkheid en betaalbaarheid van culturele voorzieningen, met name de muziekschool en bibliotheek, staan onder druk door bezuinigingen.
  2. De PvdA constateert dat de reorganisatie van de Nieuwe Nobelaer en de fusie van de verschillende cultuureducatiepartners tot één organisatie het gewenste resultaat heeft. Er wordt meer en beter gebruik gemaakt van de ruimten, en de integratie van diensten zal naar verwachting verder toenemen nu de koers is verlegd naar vraaggericht aanbod. We zetten daarbij met het Rijk in op Cultuureducatie met optimale kwaliteit. Samenwerking van culturele voorzieningen en het onderwijs blijft speerpunt.
  3. De PvdA blijft wat de Nieuwe Nobelaer betreft voorstander van één organisatie onder één dak en onder één manager. We vinden dat de kogel door de kerk moet en willen dat in de komende raadsperiode over huisvesting naar Etten-Leurse maat een definitief besluit wordt genomen en uitvoering ervan in gang wordt gezet. Dat besluit maakt dat kosten, die nu ook gemaakt worden, constructiever zullen worden ingezet.
  4. De PvdA wil waar mogelijk cultureel ondernemerschap stimuleren. Dit kan leiden tot nieuwe creatieve bedrijvigheid in onze gemeente met een gunstig effect op het economisch klimaat.
  5. De PvdA wil betere en beter bereikbare expositieruimten voor individuele en georganiseerde lokale (amateur)kunstenaars, met gerichte aandacht voor jonge lokale kunstenaars.
  6. Behouden, uitbouwen en structureel ondersteunen van het UITpunt is van groot belang voor de informatievoorziening en het bundelen van informatie. Dit geldt ook voor de VVV en Local FM.
  7. De toeristische positie van Etten-Leur wordt versterkt door een goed kunstaankoopbeleid te voeren, de aangekochte kunst goed te verzekeren en te onderhouden, en kunstwerken en onder architectuur gebouwde gebouwen in de gemeente toegankelijker te maken voor bezoekers.
  8. Dwarsverbanden tussen de lokale musea worden bevorderd.
  9. Historische panden blijven behouden, volgens de gemeentelijke lijst.
  10. De samenwerkingsverbanden van de diverse Vincent van Gogh-centra in Brabant worden actief ondersteund en gepromoot.


terug naar boven

III.6 – PARTICIPATIE

Het leefklimaat in Etten-Leur is nooit een zaak van de politiek alleen, maar altijd een samenspel van inwoners, overheid en politiek. De gemeenteraad is de schakel tussen inwoners en college. De inwoners zelf kunnen direct betrokken zijn in de wijk- en buurtverenigingen en in verenigingen en organisaties die zich bezighouden met specifieke onderwerpen. Meer ruimte geven aan eigen initiatieven en zelfbestuur, door inwoners daarbij actief te ondersteunen, komt het leefklimaat ten goede. Vertrouwen is daarbij het sleutelwoord.

De PvdA ziet Wijkgericht werken als de beste manier voor inwoners en gemeente om samen te werken. Wijkgericht werken kan veel meer zijn dan het opstellen en uitvoeren van wijkplannen. De PvdA vindt het belangrijk dat het raadsbreed ondersteunde beleid ‘Ruimte voor initiatieven in Etten-Leur’ wordt ingezet om wijkgericht werken verder vorm te geven. We willen van burgerparticipatie naar overheidsparticipatie. Dit beleid is hiervoor een uitstekend instrument. Betrokkenheid van bur-gers vraagt directe medezeggenschap en medeverantwoordelijkheid. De mogelijkheid om bijvoor-beeld gezamenlijk de eigen woonomgeving naar eigen wens en inzicht in te richten en te onder-houden is een belangrijke voorwaarde om die medeverantwoordelijkheid ook te aanvaarden. In de begroting voor de komende jaren zijn budgetten opgenomen voor de wijkgerichte aanpak.

Dit betekent voor de komende raadsperiode:

  1. De PvdA vindt de samenwerking en communicatie met de wijk- en buurtverenigingen in het binnen- en buiten-gebied belangrijk en wil hun activiteiten en organisatie ondersteunen.
  2. De positie en slagkracht van buurtbeheer en buurtbeheerders en van besturen van wijkverenigingen wordt waar nodig beter beschermd, ondersteund en versterkt. De wijkbesturen worden blijvend betrokken bij besluitvorming en regie over alle zaken die de wijk betreffen. Afspraken daarover worden steeds vastgelegd in convenanten. Denk hierbij aan wijkplannen en prestatie-afspraken met de maatschappelijke partners en organisaties.
  3. Maatschappelijke organisaties en personen die zich belangeloos inzetten kunnen rekenen op steun en medewerking van de PvdA. Speciale aandacht verdient vrijwilligerswerk dat gericht is op het voorkomen van vereenzaming en dus sociaal isolement.
  4. Etten-Leur beschikt nu over een breed, levendig en verfijnd netwerk van talloze verenigingen. We mogen ons daarmee gelukkig prijzen. De PvdA beseft dat deze stuk voor stuk en elk op hun eigen wijze van heel groot belang zijn voor een gezonde en open samenleving en dat ze daarom gekoesterd en ondersteund moeten worden, zodat ze nog lang behouden blijven voor de samenleving.
  5. Ook de vrijwilligers die in deze verbanden actief zijn verdienen de grootst mogelijke ondersteuning en waardering. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om sportverenigingen, amateur-kunstorganisaties, ouderenorganisaties, jongerenorganisaties, muziekgezelschappen, de carnavalsverenigingen, natuur- en milieuorganisaties, enzovoorts.

terug naar boven